Eigen toewijzing of onderaannemerschap?
Per 1 januari 2023 is het verplicht hoofd- en onderaannemerschap - zoals dat voorheen gold bij de integraal ambulante jeugdhulp - komen te vervallen. Gecontracteerde aanbieders kunnen nu voor de jeugdhulp die zij leveren een eigen toewijzing aanvragen/ tegemoet zien. Op deze regel gelden echter twee uitzonderingen, te weten:
- Als men niet zelfstandig aan de regiebehandelaar-eis kan voldoen en daarvoor een andere aanbieder (gecontracteerd of niet-gecontracteerd) in moet zetten.
In dit geval ontvangt de betreffende regiebehandelaar géén eigen toewijzing, maar zal de inzet moeten worden bekostigd vanuit het toegewezen perceel aan de hoofdaannemer.
- Indien de aanbieder die een toewijzing heeft ontvangen een deel van de jeugdhulp uit wil besteden aan een andere aanbieder (gecontracteerd of niet-gecontracteerd) en er geen sprake is van een significante wijziging van de hulpvraag en de beoogde hulp kan onder het eerder toegewezen perceel worden ingezet.
In dat geval zal degene die een andere hulpverlener in wil zetten dat vanuit het toegewezen budget moeten bekostigen. Mocht het toegewezen budget niet voldoende zijn of is er mogelijk toch sprake van een aparte toewijzing, kan men in overleg treden met de lokale toegang voor een aanpassing van de eerdere toewijzing of anderszins.
Aandachtspunten bij het inzetten van een onderaannemer
Wil een gecontracteerde jeugdhulpaanbieder in 2023 (en later) samenwerken met een onderaannemer bij het uitvoeren van de opdracht? Dan moet hij hiervoor een akkoord vragen bij de regio. Er is een nieuw aanvraagformulier ‘Verklaring inzet onderaannemers’ beschikbaar. Dit kunt u ingevuld versturen naar e-mailadres contractmanagement@alkmaar.nl. Op dit formulier staat verder ook aangegeven welke regels er gelden bij de inzet van een onderaannemer. Pas na akkoord van de regio mag een onderaannemer ingeschakeld worden.